Door Erwin Bovyn
- Type injection moulded
- Merk BAe-Aérospatiale Concorde, Airfix
- Schaal 1/72
- Verf Humbrol, Revell, Vallejo
- Accessoires scratch
- Documentatie Internet, Wing Masters 46
Geschiedenis
Wanneer de naam “Concorde” genoemd wordt in de luchtvaart denken velen terug aan de dramatische vliegtuigramp in 2003 toen één der oudste toestellen van dit type neerstortte kort na het opstijgen in de gemeente Gonesse nabij Parijs (F). Bij deze ramp kwamen jammer genoeg alle passagiers en bemanningsleden alsook enkele burgers om. Later zou blijken dat deze ramp veroorzaakt was door externe factoren die niets met het toestel zelf te maken hadden maar wat het operationele leven van de Concorde betreft hadden de doodsklokken ondertussen geluid.
De onrust over het ongeval en voornamelijk de slechte economische toestand in het begin van het nieuwe millennium leidden er toe dat de Concordes van zowel British Airways als Air France uit vlucht werden genomen. Raar genoeg zal geen enkel van deze toestellen een roemloos einde kennen op de schroothoop maar elk van hen zal een plaats krijgen in het één of ander museum of depot.
Velen vergeten echter dat de eerste vlucht van dit toestel plaats had gevonden in 1969, dus 34 jaar voordien, en dat er met dit toestel in die tijdspanne geen enkel ongeval met dodelijke afloop te betreuren viel; iets wat geen enkel ander vliegtuigtype ooit heeft kunnen verwezenlijken.
De Concorde was het resultaat van vele opzoekingen waarvoor zelfs speciale testvliegtuigen zoals de Fairey Delta 1 en 2 gebouwd werden ten einde revolutionaire vleugeloppervlaktes en motoren te testen. Uiteindelijk zou de Concorde het eerste supersonische passagiersvliegtuig ter wereld worden capabel om 100 passagiers aan een maximum snelheid van Mach 2.2 te vervoeren. Het voornaamste nadeel van dit toestel was vermoedelijk het feit dat het geen Amerikaans of Russisch ontwerp was en het werd op die manier dan ook geboycot. Het Amerikaanse ontwerp, de Boeing SST, kwam nooit verder dan een schaalmodel op ware grootte; het Russische ontwerp, de Tu-144 (ook wel spottend de “Concordski” genoemd), crashte bij zijn eerste publieksoptreden op Le Bourget.
Concorde was één der mooiste en elegantste toestellen ooit gebouwd en zal voor altijd een unieke plaats in de luchtvaartgeschiedenis blijven behouden.
De Bouwdoos
Het bouwen van dit model gebeurt op vraag van iemand die verzot is op de Concorde en dan ook het model gekocht heeft maar die het niet zag zitten om dit te maken. Niettegenstaande de kit niet veel onderdelen telt zal de bouw uitwijzen dat ik die persoon geen ongelijk kan geven. Het is zeker geen model voor een absolute beginner. In de kit treffen we een aantal grote onderdelen aan op sprues in witte plastiek. Groot is hier zeker van toepassing want het toestel zal ongeveer 9Ox36 cm meten wanneer afgewerkt. Er is een sprue met klare plastiek voor de beide cockpitramen en de landingslichten maar er is geen glas voorzien voor de vele ramen in de romp.
Een sprue grijze plastiek bevat de onderdelen van het landingsgestel en een sprue zwarte plastiek omvat onderdelen voor de motoren en hun gondels. Het is hier dat de miserie reeds begint want blijkbaar is de zwarte plastiek van een andere samenstelling dan de witte en wil het verlijmen niet goed lukken. Van bij het begin was er afgesproken dat de bouw een straight-from-the-box of strikt volgens het bouwplan zou verlopen dus zonder after market sets en zo weinig mogelijk scratch en daar wil ik mij aan houden.
De motoren
We beginnen met de motorgondels waarbij we dus het probleem van de verschillende soorten plastiek tegen komen. Aanpassen en schuren is noodzakelijk en het bleek ook nodig om superlijm te gebruiken bij de zwarte plastiek. Goed opletten dat de onderdelen van de linker of de rechter gondel bij elkaar blijven want er is wel degelijk verschil. Na enkele pasbeurten en mislukte verlijmingen werd uiteindelijk toch een goed resultaat bekomen. Putty en schuurpapier zijn noodzakelijke elementen in de afwerking.
Het bouwplan maakt ook melding van de te gebruiken kleuren op de verschillende onderdelen maar alles werd toch eerst in Revell witte primer gespoten voordat werd overgegaan tot de eigenlijke beschildering. De in- en uitlaten van de motoren werden Vallejo gun metal geschilderd met een oplichting in Vallejo Natural Steel.
De cockpit
De cockpit bestaat uit een vloer en een wand, een instrumentenconsole midden en voor en een console aan de rechter zijkant. Er zijn twee typische Concorde sturen en drie zetels. De cockpit wordt hoofdzakelijk aangekleed door de lichtgrijze beschildering en de decals van de instrumenten panelen en dit is ruim voldoende want uiteindelijk is er niet veel van te zien.
Het eerste probleem is de zijconsole. Wanneer deze geplaatst wordt volgens plan dan bedekt die een deel van de rechter zijruit en dat kan de bedoeling niet zijn. Nazicht van foto’s van de echte machine toont inderdaad dat er geen console te zien is aan de rechter zijruit en dus schiet er niets anders over dan de console te verplaatsen naar achteren. Dit is slechts een kleine ingreep maar toch belangrijk voor het algemeen zicht.
Het artikel in Wing Masters maakt melding van problemen bij het inpassen van het cockpitglas. Het bleek noodzakelijk om de middenconsole aan te passen ten einde deze te laten aansluiten op de cockpit zelf. Verschillende dry runs toonden aan dat het cockpitglas zelf ook diende aangepast te worden door onder meer het wegschuren van de hoeken onderaan. Aanvankelijk leek mijn oplossing beter te zijn doch wanneer de cockpithelften bij elkaar gebracht werden en het cockpitglas geplaatst, bleek dat het instrumentenbord helemaal niet aansloot met het cockpitglas en er een gapende opening tussen beide onderdelen overbleef. Dit kon zeker niet de bedoeling zijn en daarom werd ook het instrumentenpaneel aangepast.
Deze cockpit wordt dan verlijmd in een afzonderlijk deel van de romp die we de neussectie zullen noemen.
De Neus
De Concorde bezit een beweegbare neuskegel die naar beneden schuift bij de landing; dit om meer zichtbaarheid te geven aan de piloten. In de Airfix kit is deze beweegbare neuskegel voorzien alsook onderdelen om deze op en neer te bewegen op de kit. Een bouwdoos is echter geen speelgoed en de delen in de kit welke dienen te fungeren als scharnieren zijn vervaardigd uit klare plastiek wat hen breekbaarder maakt.
Het vergde mij een ganse avond om uit te vissen hoe het systeem nu eigenlijk in elkaar steekt en na veel paswerk slaagde ik er in om de neuskegel aan de voorsectie te koppelen. Het scharniersysteem is echter door de grote ruit goed zichtbaar en het werd dan ook verborgen onder een stukje plastiekkaart. Jammer genoeg zal in een later stadium de neuskegel afbreken wat er toe zal leiden dat deze vast verlijmd zal worden.
Het landingsgestel
Beslis vooraleer deze stage te beginnen of het toestel als static dan wel in vlucht zal gepresenteerd worden. De banden zijn in rubber en moeten over de velgen geschoven worden. Niet iedere modelbouwer is hier blij mee maar het geeft toch als pluspunt dat je de velgen makkelijker kan schilderen. De rubberen banden zelf vertonen echter een grote naad met flash welke heel voorzichtig moet weggesneden worden in de hoop het loopvlak niet te beschadigen. Het loopvlak van de banden wordt lichtjes afgeschuurd om een gebruikt uitzicht te krijgen door het matte effect. Het hoofdlandingsgestel bestaat uit 2 helften waarin een metalen staafje moet verlijmd worden. Dit geeft een groot voordeel wat de sterkte van het onderstel betreft doch brengt jammer genoeg meer schuurwerk mee aan de poten. Eens deftig verlijmd en opgeschuurd worden deze, afgaande op foto’s van het echte beest, zilver gespoten en voorzien van aluminium op de hydraulische armen. Een lichte wash zorgt voor verwering. Het staartstuk is eveneens voorzien van een klein landingsgestel dat moet voorkomen dat de staart in aanraking komt met het tarmac bij het landen en opstijgen. Dit staartwiel zit in een aparte behuizing die gemakkelijk aan te brengen is in de staarthelften. De deuren van het voorste landingsgestel moeten ook aangepast worden vermist enkele deuren opnieuw sluiten nadat het landingsgestel uitgeklapt is.
Romp en vleugels
Indien het toestel in vlucht zal gepresenteerd worden mag je gerust een aantal onderdelen welke de behuizing van het landingsgestel vormen, weglaten. Tevens maak je dan gebruik van de gesloten wieldeuren. De kit voorziet enkele punten en onderdelen voor zij die het toestel willen ophangen aan draadjes en het plan maakt hiervan melding in afzonderlijke tekeningen. Dit toestel zal echter als static opgesteld worden en dus moeten de wielkasten gemonteerd worden. Zij zijn nogal armtierig wat interieur betreft en worden wat aangekleed met extra bedrading. Referentie foto’s zijn hierbij meer dan behulpzaam. De vleugels zien er uit alsof ze te lijden hebben van warmtevervorming aan de uiteinden, maar dit is niet zo. De vleugeleinden van de Concorde bogen af naar onderen. Het komt er op aan om de onderste en bovenste vleugelhelften goed te verlijmen waarna de resterende openingen met putty moeten gedicht worden. Op het model dat ik ter beschikking had bleken de aansluitingen tussen bovenvleugels en romp niet te passen en ook hier moest redelijk veel putty gebruikt worden.
Er zijn raamopeningen in de romp doch er zijn geen ramen in klare plastiek voorzien. Het bouwplan suggereert deze ramen zelf te vervaardigen met behulp van Clearfix (Humbrol) en daarbij gebruik te maken van een pin in klare plastiek die wel voorzien is in de kit. Het plaatsen van deze ramen zal uitgesteld worden tot na beschildering van de romp. Kort na het monteren van romp en vleugels werd ik opmerkzaam gemaakt op het feit dat Britse Concordes minder ramen telden dan Franse. Vermits ik een Brits toestel diende te bouwen werd dit nagekeken en het bleek inderdaad zo te zijn. Britse toestellen hebben drie ramen minder aan de voorste en twee aan de middelste nooddeuren. Doordat de romp van de Concorde opgebouwd is uit cellen (neus, midden en staart) kon ik vooraan een stukje plastiek verlijmen aan de binnenzijde van de raamopeningen. Vervolgens werden de openingen opgevuld met putty. Deze aan de middelste nooddeuren werden eveneens gevuld met putty en effen geschuurd.
Flaps en motorgondels
Beide vleugels zijn achteraan voorzien van grote flaps maar deze moeten eerst aangepast worden. Elke flap telt minstens vier afdrukken van uitwerppunten (ejector marks) en dit is teveel van het goede. Alle punten worden opgevuld met putty en vervolgens vlak geschuurd. Na het aanbrengen van een laag grondverf zal blijken dat enkele punten moeten herdaan worden. De flaps worden vervolgens gemonteerd op hun steunen. Tijdens het voorbereidende werk aan de flaps kan overgegaan worden tot het monteren van het neusgedeelte en het staartdeel waarbij vooral moet gelet worden dat deze onderdelen mooi in lijn staan met het middendeel. Laat de lijm goed uitharden want de verbindingen moeten hierna effen geschuurd worden zodat de romp één geheel wordt.
Het bouwplan stelt voor om na deze fase over te gaan tot het aanbrengen van verschillende antennes doch dit wordt beter achterwege gelaten tot na het schuur- en spuitwerk. Alvorens de flaps aan de onderzijde bevestigd worden, dienen eerst de motorgondels aangebracht te worden. Ook hier is enig opvulwerk met putty vereist. De flaps kunnen, indien nodig, aangepast worden. De flaps van de Concorde stonden steeds in het verlengde van de vleugel wanneer deze geparkeerd stond. Zij hingen enkel naar beneden wanneer in onderhoud of bij nazicht.
Beschildering
Na het aanbrengen en aanpassen van flaps en motorgondels ben ik overgegaan tot het spuiten van een witte grondlaag waarvoor een spuitbus Motip primer gebruikt werd. Deze grondlaag bracht enkele onvolmaaktheden aan het licht die eerst aangepast werden. De Concorde is een groot beest met een lengte van meer dan 83 cm en een breedte van ongeveer 35 cm. Het is dus heel belangrijk om in één vlotte beweging te spuiten en ik ondervond dat dit veel gemakkelijker ging indien het toestel vertikaal opgesteld werd, steunend op zijn staarteinde.
Vervolgens werd overgegaan tot het afplakken van het deel van de motorgondels dat in het zwart moet gespoten worden en waarvoor Revell 5 gebruikt werd. De trust reversers en het binnenwerk van de motoren worden gun metal geschilderd met een aluminium drybrushing.
Eens tevreden met het resultaat werden de gondels afgeplakt met Tamiya tape zodat kon worden overgegaan tot het spuiten van een blinkende witte verf waarvoor eveneens een bus Motip gebruikt werd. Let er goed op dat je voldoende tijd laat om de verf te laten drogen. Het is niet omdat ze er droog uit ziet dat ze ook droog is.
Het geheel wordt verzegeld met een laag Klir. Op foto’s van de Concorde zijn er niet veel panel lines te zien maar zij zijn toch aanwezig. Ik bracht deze aan door middel van MIG dark wash en verzegelde deze door een tweede laag Klir.
Ramen
Na de beschildering kan overgegaan worden tot het aanbrengen van de ramen waarvoor Clearfix gebruikt wordt, aangebracht door middel van het in de kit voorziene hulpstuk. Neem de tijd om de Clearfix goed te laten uitdrogen want het heeft de neiging om te krimpen. Een tweede laag bleek op meerdere plaatsen nodig te zijn.
Decals
Zoals gezegd is de Concorde een groot toestel en hierbij horen ook grote beschilderingen, alles onder de vorm van decals, samen gebracht op één groot decalvel zo groot als de doos zelf. Het biedt de mogelijkheid om verschillende toestellen te bouwen zoals deze gevlogen hebben in bepaalde tijdspannes. Ik diende het toestel te bouwen dat afgebeeld staat op de box-art meer bepaald de laatste versie van British Airways. Alle decals zijn geprint op één grote drager en dienen dus stuk voor stuk uitgeknipt te worden. Er zijn heel kleine bij en zeer grote en ik besloot om eerst en vooral de grote stukken aan te brengen, beginnend met het staartvlak. Hier al een eerste probleem vermits er op de staart bepaalde antenneblokken zijn aangebracht welke overschilderd werden. De decal moet dus op sommige plaatsen opengesneden en op andere plaatsen doorgesneden worden ten einde de plaatsing te vergemakkelijken. Uitgebreid gebruik van Humbrol Decal Cote 1 en 2 was noodzakelijk doch uiteindelijk diende ook een beroep gedaan te worden op Daco decalsetting vermits dit product de decal als het ware laat smelten over de oppervlakte.
Hetzelfde principe wordt toegepast op de andere grote decals waarna het toestel opzij wordt gezet om deze goed te laten uitdrogen vermits in een volgende fase kleinere decals boven op de eerder geplaatste zullen moeten aangebracht worden.
Indien ik gedacht had dat alles vlot zou verlopen dan was ik er aan voor de moeite. De eerste serie decals welke best geplaatst worden zijn de waarschuwingsstrips op de vleugelranden. Ik begon vooraan en werkte zo door naar achteren om tot de vaststelling te komen dat de strips te kort waren. Alles dus opnieuw losgeweekt en herbegonnen met de plaatsing vanaf de achterzijde. Ten einde vlot de gebogen vorm van de vleugel te kunnen volgen was het tevens noodzakelijk om de strips op sommige plaatsen door te snijden.
Na het drogen bleek jammer genoeg dat enkele de neiging hadden om los te komen en zij werden dan ook verzegeld met een laag Klir alvorens verder te gaan met de plaatsing van de andere decals. Jammer genoeg zou blijken dat verschillende decals te klein zijn; in het bijzonder deze welke over de nooddeuren moeten geplaatst worden. Het bleek noodzakelijk om minstens de instructies los te snijden en afzonderlijk te plaatsen doch algemeen waren de contourlijnen van de deuren te kort. Voor een redelijk recente kit met een prestigieus decalvel toch een groot minpunt.
Na verzegeling met Klir werd overgegaan tot het aanbrengen van een laag glansvernis over het ganse toestel en hier liep het grondig mis. Hoe het juist komt weet ik tot heden nog steeds niet maar op sommige plaatsen, in het bijzonder boven op de grote decals en deze van de nooddeuren, begon de vernis te blazen en te rimpelen met een oppervlakte als een appelsienenhuid tot gevolg. Het enige alternatief om dit weg te werken bestond in het zacht en gelijkmatig afschuren met behulp van waterschuurpapier; er zorg voor dragend de decals niet te beschadigen. Hierna werd alles opnieuw vernist met een goed resultaat als gevolg.
Eindafwerking
Uiteindelijk werd overgegaan tot het aanbrengen van de laatste antennes hetgeen een zeer delicaat werkje is want, zo groot het toestel ook is, zo klein zijn de antennes.
Conclusie
De Concorde is tot nu toe het grootste toestel op schaal 1/72 dat ik gebouwd heb. Neussectie niet meegerekend is de bouw ervan zelfs niet zo moeilijk. Ik heb mij vroeger afgevraagd hoe het kwam dat ik zelden een dergelijk toestel tegenkwam op beurzen of evenementen. Het betreft immers een recent uitgebracht model; een samenwerking van twee grote merken (Airfix en Heller) en heeft een mooi decalvel dat toelaat de meeste toestellen welke ooit in dienst waren bij British Airways (Airfix kit) of Air France (Heller kit) te bouwen.
Het slecht passen van vele stukken gaf mij hierop antwoord en indien men dezelfde problemen tegenkomt als ik met de decals dan zakt de moed ongetwijfeld velen in de schoenen. Het is ook een groot toestel dat niet gemakkelijk handelbaar is tijdens het bouwen en het spuiten en de vele kleine antennes maken er het transport zonder beschadigen ook niet gemakkelijker op. Het toestel werd één maal meegenomen naar een beurs doch omwille van een opgelopen beschadiging kon het niet ingezet worden in de wedstrijd. Niettegenstaande dit trok het toch wel de nodige aandacht op de clubtafel en werden er meerdere foto’s van gemaakt. Het was een goede oefening met uiteindelijk een goed resultaat als gevolg. Juist jammer dat ik het diende af te geven want ik had het graag op mijn vliegveld zien staan.
Keep ‘m building
Erwin Bovyn
IPMS Gent